Woord vooraf
Het werk met de uitgebreide titel Proefsteen Ende Claerder wederleggingh
dat het claarder bewijs (so dat ghenaempt is) op de gheroemde ervindingh vande
Quadrature des Circkels een onrecht te kennen gheven, ende gheen waerachtich
bewijs is : hier by gevoeght Een corte verclaringh aengaende het onverstant ende
misbruyck inde reductie op simpel interest den gemeenen volcke tot nut
verscheen voor het eerst in 1586. In 1615 het werk door de weduwe van Ludolph
van Ceulen heruitgegeven als bijvoegsel bij de tweede druk van Vanden
Circkel.
De twee versies verschillen enigszins van elkaar. In de editie van 1615
ontbreekt het voorwoord van Van Ceulen aan de lezer. Daarnaast verschilt de
spelling enigszins. Het gaat weliswaar om kleinigheden, maar de titel levert al
verschillen op als claar-claer, genaempt-genaemt en
so-soo.
Het voorwoord dat in de versie van 1615 ontbreekt, maar wel in de versie uit
1586 is opgenomen, is hieronder weergegeven. In het afschrift is de
oorspronkelijke spelling en interpunctie behouden. Dat betekent dus dat er
regelmatig een u staat waar we tegenwoordig een v zouden
schrijven, dat de i in plaats van de j aan het begin van een
woord wordt gebruikt. Indien nodig zijn afkortingen in cursief
aangevuld. Het gaat hierbij meestal om de letter e die wordt aangevuld. De enige
afkorting die behouden is, is de letter s die voorzien is van een
afkortingsteken. Dit wordt afgeschreven als s.. Verder is ook de
originele interpunctie gehandhaafd en zijn de regels op dezelfde plaats
afgebroken als in het origineel.
Afschrift van het voorwoord
[fol. 1.r.]
Proefsteen Ende Claerder wederleggingh dat het claarder
bewijs. (so dat genaempt is) op de gheroemde ervindingh vande Quadrature des
Circkels een onrecht te kennen gheuen / ende gheen waerachtich bewijs
is.
Hier by gevoeght Een corte verclaringh aengaende het
onverstant ende misbruyck inde reductie op simpel interest. Den ghemeenen
volcke tot nut. Tsamen door
Ludolph van Colen woonachtich tot Delft
Gheprent tot Aemstelredam / by my Harmen Janszoon Muller /
Figuersnijder / woonende inde Warmoesstraet inden vergulden Passer 1 5 8 6.
[fol. 1.r.]
[fol. 1.v.]
Den Achtbaren Eersamen / voorsichtighen ende wyzen
heeren / den heeren Schouth Burgermeesteren / ende Raedt der
Loflycken stadt Delft / wensch Ludolph van Colen geluck ende zalicheyt.
Op datmen my onwetelyck ende t'onrecht niet en beschuldighe /
dat ic uyt eyghen soeckelykheyt / oft wangunste van eene andere eere / eens
an- ders werck vermetelyck ende sonder billicke oorzake berispe / (twelck
dat ken God verre zy) heeft my goet gedocht / alvoren int corte te verhalen/
d'oospronck ende eensdeels de redene / die my beweeght hebben te
schrijuen / ieghens tghene ic zekerlyck weet ende verstae / de
waerheyt niet ghelyckformich te zyne. Tis warachtigh dat Sy- mon vander
eycke Anno 84. ghedichtet / in druck uytghegeuen / ende den prince van
Oraignen. H.M. toegheschreuen hebbende / de volcomen (zo hy waent)
Quadrature des Circkels (waer inne oyt alle hooghe verstanden besweken zyn)
zyne hooghgedachte Exce- lentie een exemplaer der voors. Symons ervindinghe
behandight heeft gehadt/ aen M. Adriaenthonis. Burgermeester tot Alcmaer /
als een heruaren en der conste verstandi- ghe / om by hem de waerheyt
vandien ondersocht te werden: welcken Meester Adriaen de voors. Symons
gewaende Quadrature onrecht bevindende / my versochte van weghen der const /
oock myn ghevoelen hem daer aff te willen te kennen gheuen : Ende de wyle nu
de verswyging der bekende ende versochte waerheyt / my effen zo
ombetamelyck ghe- weest zoude hebben / gelyck het den vinder der voors.
Quadraturen vermetelyck is / ie- ghens de waerheyt te streuen / zo heb ic na
lang neerstigh ondersoeck / zekerlyc gevonden / ende (daer toe ghevordert)
rondelyck verclaert / de voornoemde Symons geroemde vol- comen proportie
eens circkels circonferentie iegens haren diameter / ghemist te zyne
/ende volghens / hem zyn misgriip int vriendelyck aenghedient: Oock
voorts het bewys van- dien (doch door voorgaende zyns selfs aenporren ende
begheren daer toe ghedrongen zyn. de) in druck aenden dach ghebracht. Ende
hoe wel mijn voors. bewys den Const ver standighen genoechsaem ontdect ende
aenwyst / d'onvolcomenheyt der voors. vander eykens gedichte proportie
(ghelyck oock door de heruarene Meester Michiel coignett / van Andtwerpen
Symon Steven / Nicolaes peters. / Jan de groote / Gideon fallett / Adriaen
Ockers. / ende meer andere / hun dies grondelyck verstaende /
den eenen na den anderen schriftelyck betuygen) Nochtans dewyle den
voornoemden Symon van- der eycke by zeker zijn onlangs uyt-gegeuen schrift /
uwer. E.W. toegeschreuen/ vermetelyck onderwint/ niet alleen om sich te
verheffen int verneeren van de hervarenste eerste Van der conste /
ende met een ongegronde versieringhe / zynen Meester (onverbetert) te
berispen / int gunt hy selfs groflicker faelt/ Maer oock om den aencomers
ende leerlin- ghen / zyn onzeker stuck werck voor de juste
volcomen Quadrature des Circkels / wys te maken / ende in te planten: daer
beneffens oock int voors. zijn uytghegeuen schrift is
[fol. 2.v.]
arbeydende / om het verstandt / ende de waerheyt der zaken / in mijn
bewijs opentlyck ontdect / met veel rechtschynende doch
verkeerde ende onbestendighe alligatien duy- sterlyck te bedecken /
ende oversulcx my by uwer E.W. ende den gemeenen Volcke te doen
schynen / recht off ic reden ende waerheyt missende in desen gedaen
hadde / anders dan ic behoorde te doene / So ben ic dan / niet uyt
eergiericheyt / roem / oft wangunste / zo vander Eycke my t'onrecht nagheeft
/ maer eerstmael versocht / nu andermael ghe- dronghen ende
ghenootsaect / tot de voors. vander Eycke geroemde volcomen
ende iuste proportie / alsulcken / recht onderscheydende proefsteen
ende claerder wederlegghinge te gebruyken / dat de zelue / zijne versierde
proportie / een schelende onghelycmatigheyt / ende zijn klaerder
bewys (so hij zyn schrift noemt) een meerder verwerringe blycken sal: want
dit zyn tweede schrift (als ooc het eerste) niet alleen groflyck mist / maer ooc
iegens het eerste (waer van hy het tweede een verclaringe waent te zyne)
opentlyck is strydende.
Wat een lofflycken ende nutten leser desen leermeester Archimedis allen
hooghen verstandighen daermede is doende / ende hoe mildelyck uyt deze ydel
scrapratyt de uyt delinghe van zijn gevonde iuyste metinghe des circkels /
die hy aller natien der we- relt in zyne voorreden beroemelyck belooft
geschieden sal / laet ic u E.W. bedencken / ende den verstandighe
onderzoekeren beuinden / den welcken ick desen na volgenden proef- steen
tonderzoecken ende t'oordeelen voorstelle / met aenbiedinge den zeluen in
iegenwoor dicheydt van uwen E.W. ende den const verstandighe mannen te
proeuen / ende oprecht te doen blycken. et cet.
Maer dewyle het bewijs alleenlyck inde daet ende niet in werckloose woorden
bestaet / zal ic u. E.W. met geen langher voorreden quellende twerck ter
handt nemen / wen- schende dat uwer. E.W. daer toe geduldighe ooren ende
nauziende ooghen / gelief den te verleenen / ten eynde door onkunde der
zaken / des voornoemden Symons vander eyckens schynende bewys / by uwer E.W.
in zulcker aensien ende achtingh niet en come / dat de waerheyt daer by
verduystert / die merckelycke dwalinge ghehandhaeft / ende een
ongegronde ongelyckmatigheyt voor een gewisse metinghe des circkels aengenomen
werde / tot oneere ende vervalsingh der const / ende
verleydingh van den ieghen- woordighen ende nacomenden leergerighen / den
welcken ic zo gaerne gheuordert zaghe gh- lyck ic uwer E.W. gedienstelyck
bidde / deze myne waerschouwinge ende arbeyt (ten dienst ende mette der
Constliefhebberen willigh ghedaen) ten besten ende met opmerckinghe te
willen aennemen. hier mede zyn uwer E.W. den Almachtighen bevolen. Binnen
Delft desen 3. Juny 1586.
By uwer E.W. Dienst schuldigen Ludolph van Colen
|